Je hond een veilige plaats aanleren

Hoe leer je je hond even rustig naar zijn plaats te gaan en daar even te blijven?

Deze oefening kan nuttig zijn in allerlei situaties. Je kunt je hond een veilige plaats aanleren, een plaats waar je hond het prettig vindt om te verblijven. Deze eigen, rustige, plaats moet een fijne en comfortabele plek zijn voor je hond. Een plaats waar je hond op een gegeven moment ook zelf voor kiest om te zijn, bijvoorbeeld als de situatie te druk of op een andere manier niet prettig is voor je hond. Dit kan bijvoorbeeld een aparte ruimte in huis zijn. Dit is afhankelijk van het doel en van jouw woonomstandigheden.

Om deze plaats fijn te maken voor je hond, mag je hem/haar niet dwingen om er te verblijven. Je hond moet positieve associaties met deze plaats maken, en er fijne ervaringen opdoen. Je hond dwingen werkt hierbij averechts.

Kies een locatie voor deze rustige plaats, die bijdraagt aan het doel waarvoor je deze plaats wil creëren. Gebruik je deze plaats om je hond te kunnen scheiden van visite, dan is het bijvoorbeeld niet handig deze in de gang te maken waar de visite binnenkomt.

Zorg dat de ruimte altijd beschikbaar is voor je hond, zodat hij er altijd zelf naar toe kan gaan. Geef je hond hier zijn/haar eten en zorg dat er altijd drinken is. Maak er ook een fijne slaapplaats voor je hond, liefst een plek waar je hond een beetje beschut (ergens onder) kan rusten.

Stappenplan

Een stappenplan om je hond vertrouwt te maken met deze plaats:

Stap 1

Leg lekkere en leuke dingen in deze ruimte voor je hond, zodat je hond uit nieuwsgierigheid deze ruimte zelf betreedt. Verras je hond regelmatig met iets leuks en/of lekkers wat hij/zij in deze ruimte kan vinden. De deur van deze ruimte staat in deze fase open, en dit doe je ook nog niet dicht als je hond erin is. Als de ruimte groot genoeg is, kun je je hond ook positieve associaties met deze ruimte geven, door hier samen te spelen. Laat alle leuke dingen in het leven van je hond zoveel mogelijk hier plaatsvinden. Geef je hond hier zijn/haar eten in voerpuzzels, snuffelkleden en een Kong. Doe dit de komende tijd met alle maaltijden en met alle leuke dingen in het leven van je hond.

Stap 2

Zie je dat je hond wil gaan slapen overdag, nodig hem/haar dan altijd uit dat in deze ruimte te gaan doen. Blijf in de buurt van je hond zitten, in ieder geval tot hij slaapt. Laat de deur nog steeds van deze ruimte open. Probeer deze stap zo vaak mogelijk per dag te oefenen, steeds als je ziet dat je hond wil gaan slapen.

Stap 3

Als je hond op zijn gemak eet en slaapt in deze ruimte, mag je de deur eens dicht gaan doen. Dit doe je op de momenten dat je hond aan het eten of kluiven is. Je doet de deur weer open voor je hond klaar is. Je hond merkt nu dus dat de deur dicht kan, maar ervaart hier geen hinder of belemmering van. De deur is namelijk alweer open voordat je hond eruit wil. Doe de deur nog niet dicht als je hond er slaapt.

Stap 4

Als je hond uit zichzelf in deze ruimte gaat, en er niet meteen uit wil, mag je de deur ook even dicht doen. Je doet dit de eerste keren maar een paar seconden. Breidt deze tijd met hele kleine stapjes uit. In deze fase blijf je zelf altijd in de buurt van deze ruimte zitten.

Stap 5

Je kunt je hond nu ook een signaal gaan aanleren om aan te geven naar deze ruimte te gaan. Je zegt bijvoorbeeld “ga maar naar je veilige plekje”, op het moment dat je ziet dat je hond er vanzelf naartoe gaat. Als je hond dit commando kent kun je het steeds iets eerder gaan zeggen en het op een gegeven moment ook gebruiken om je hond te laten weten dat het de bedoeling is dat hij even naar deze ruimte gaat.

Stap 6

Ook kun je nu gaan oefenen om eens een paar stapjes bij je hond weg te doen, terwijl hij/zij in deze ruimte is en de deur is dicht. Bouw dit heel langzaam op. Je hond moet rustig blijven terwijl jij rondloopt. Voorkomen dat je hond zich belemmerd voelt en frustratie ervaart is in deze fase heel belangrijk. Oefen als je hond bijvoorbeeld bezig is met zijn Kong of snuffelkleed. Oefen ook op momenten dat je hond heel ontspannen ligt (maar nog wel wakker is).

Stap 7

Als dit goed gaat, ga je je hond er ook met hele kleine stapjes aan laten wennen dat jij even uit het zicht gaat (als dat de bedoeling/locatie is van deze ruimte). Doe dit eerst maar 1 seconde, en breidt dit heel langzaam uit. Voorkom te allen tijde dat je hond in paniek raakt of de situatie op een andere manier vervelend vindt, want dan doe je het hele concept van veilige ruimte voor je hond teniet.

Stap 8

Wanneer het de bedoeling is dat je hond ook wel eens in deze veilige ruimte verblijft wanneer er visite is (bijvoorbeeld omdat je hond heel angstig is van visite en het voor zijn/haar welzijn beter is op grotere afstand van de visite te kunnen zijn), oefen dit dan ook met je hond. Je kunt dit doen door steeds iets meer geluiden/afleiding er dergelijke in andere delen van je huis toe te voegen, terwijl je hond in de veilige ruimte is. Monitor je hond goed. Je hond moet zich er ten alle tijden veilig en comfortabel voelen.

Neem de tijd

Het aanleren/wennen aan deze ruimte voor je hond kost tijd. Sommige honden hebben hier mee moeite mee dan andere honden. Heb geduld en volg het tempo van je hond bij het aanleerproces. Als je dit zorgvuldig aanpakt en voorkomt dat je hond vervelende ervaringen opdoet, kunnen jij en jouw hond hier nog tijden veel profijt van hebben. Ga je te snel voor je hond, dan bereik je het tegenovergestelde. Dan creëer je namelijk een ruimte waar je hond zich niet prettig voelt, maar zich belemmerd en opgesloten zal voelen. Dit kan tot angst en/of frustratie bij je hond leiden en schiet zijn doel voorbij.

Deurbel

Honden die heel druk worden wanneer de deurbel klinkt, kun je leren naar hun eigen mand of kussen te gaan wanneer de deurbel klinkt. Hoe kun je dat doen?

Oefen met het geluid van de deurbel door dit op te nemen, iemand steeds op de bel te laten drukken, of een nieuwe deurbel aan te schaffen en hiermee de oefening te beginnen voordat je deze monteert. Schakel tijdens deze aanleerfase je deurbel uit voor écht gebruik. Dus zorg dat er tijdens deze trainingsperiode niet iemand op de bel kan drukken zonder dat jij kunt oefenen met jouw hond. Laat mensen op het raam kloppen, bellen op je mobiel of gebruik voor de deur een andere deurbel.

De oefening:

Druk op de bel.
Bied je hond meteen lekkers aan, ook al blaft je hond. Lekkers eten en blaffen gaat niet samen, als je hond het lekkers aanneemt wordt hij vanzelf stil.
Neemt je hond het lekkers niet aan, oefen dan in een andere locatie, met het opgenomen geluid van de deurbel, of begin de oefening met een nieuwe, nog niet in gebruik zijnde deurbel.
Herhaal deze stap heel veel keren, net zolang tot je hond niet meer gaat blaffen, maar meteen naar jou kijkt voor het lekkers.
Oefen dit in meerdere sessies. Je zult merken dat bij een nieuwe sessie je hond eerst weer begint met blaffen, maar dat dit steeds minder wordt in volgende sessies.
Ga het lekkers aanbieden op de plaats van je hond, weg van de deur. Dus nu klinkt het geluid van de deurbel en loop jij meteen naar de plaats van jouw hond, waar je hem het lekkers geeft.
Ga zelf steeds ietsje later richting de plaats van je hond, totdat jouw hond eerder richting zijn plaats vertrekt dan jij. Dan volg jij je hond meteen.
Oefen deze stap vele malen, net zolang tot jouw hond geleerd heeft zelf naar zijn plaats te gaan voor het lekkers, zodra de deurbel klinkt.
Vervolgens kun je deze oefening uitbreiden met een ‘zit en blijf’, zodat jouw hond op zijn plaats blijft terwijl jij naar de deur gaat lopen. Ook dit weer stapsgewijs opbouwen. Je geeft het commando ‘zit en blijf’ wanneer jouw hond zelf naar zijn plaats is gegaan toen het geluid van de deurbel klonk, en nadat je hem daarvoor op zijn plaats beloond hebt.
Hef het ‘zit en blijf’ commando steeds ook weer op ,door een woord zoals ‘vrij’ tegen je hond te zeggen.
Vervolgens ga je oefenen met een stapje weglopen bij je hond. Begin met hele kleine stapjes (of misschien zelfs alleen nog maar het verplaatsen van je gewicht als je hond deze oefening moeilijk vindt). Beloon je hond bij terugkomst en hef vervolgens steeds het zitcommando op.
Oefen met verder weg stappen bij je hond, tot je helemaal tot de deur kunt lopen.
In een vervolgstap doe je de deur open en meteen weer dicht.
Beloon je hond steeds voor het netjes blijven zitten en hef je commando daarna weer op.
Komt je hond overeind voordat je beloond hebt of het commando hebt opgeheven? Waarschijnlijk ben je dan te snel gegaan in de opbouw van je oefening. Doe een stapje terug en begin vanaf daar opnieuw. Ook kan het zijn dat je beloning niet de moeite van het wachten waard is voor je hond, en het geluid van de deur (of in een latere fase van visite) een grotere verleiding voor je hond vormt. Je kunt dan op zoek gaan naar een beloning die wel de moeite waard is voor jouw hond.
Wanneer jouw hond bovenstaande stappen goed doorlopen heeft kun je gaan oefenen met mensen en geluiden van mensen bij je voordeur.

Deze oefening is vooral bedoeld om je bezoek rustig binnen te kunnen laten komen. Het is niet de bedoeling dat je hond vervolgens met een ‘zit en blijf’ commando op zijn plaats moet blijven wanneer er visite is. In een vorig artikel is uitgelegd wat je kunt doen wanneer je hond heel druk is/blijft wanneer er visite is.