Dominantie bijgespijkerd: Wees (g)een mens

VerwarringGeen gemakkelijke opdracht

Het is niet makkelijk om in de opvoeding een klimaat te scheppen waarin enkel ruimte is voor een positieve benadering. Wanneer mensen een probleem ervaren met hun hond is dit niet zo vanzelfsprekend, zeker niet wanneer dit een ernstige problematiek blijkt te zijn. Misschien houden we onszelf wel voor de gek. Begin er maar aan: je hond stuitert als een gek door het huis, vernielt je kostbare spullen, gromt naar je kinderen, vecht met de andere hond, noem maar op… en jij moet positief blijven, begrip tonen… Zeker geen gemakkelijke opdracht wanneer het uiten van je negatieve gevoelens uit het modebeeld blijkt verdwenen te zijn.

Emotie en verstand

Als een mens in een probleemsituatie reeds op de tippen van zijn tenen loopt, kan hij dan als mens zijn eigen gevoelens opzij zetten? Kan hij dan rationeel denken én doen? Kan hij op dat ogenblik “als mens” een opvoedingsmodel hanteren dat gebaseerd is op de humanistische psychologie? Als echte mens, met al zijn emoties?

Wie graag blijft zoeken over wie er met de vinger moet gewezen worden in wat er misloopt met het gedrag van een hond, wie hardnekking wil vol houden dat er maar één goede manier van ‘opvoeden’ bestaat en het de (opzettelijke) schuld van de mens achter de hond is, bespaart zichzelf misschien beter de tijd om dit artikel te lezen.

Alhoewel…

Het dominatiemodel: de grote oorlog

De laatste tijd is er heel wat tumult onstaan rond de veelbesproken dominantietheorie en de nieuwe inzichten die recente wetenschappelijke onderzoeken met zich meebrengen . Deze nieuwe inzichten geven ons nieuwe mogelijkheden in de manier waarop we onze honden kunnen begeleiden in de 21e eeuw. De manier waarop dit soms echter gebeurt, zorgt er spijtig genoeg voor dat het werkelijke doel dreigt voorbijgeschoten te worden. De mens achter de hond, die naar antwoorden zoekt op de vele vragen waarmee hij zit en waarvan hij soms denkt alleen mee te staan, loopt hopeloos verloren in de eindeloze discussies en informatie die te vinden is over het opvoeden van hun hond. En dit terwijl iedereen die, al dan niet, betrokken is bij de gehele discussie over het dominantiemodel, eigenlijk hetzelfde doel voor ogen heeft: “Alleen maar het beste voor mijn hond!

Op de bank

Het fysieke en emotionele welzijn van honden

Laat ons dus vanuit dat punt vertrekken: iedereen wil het beste voor zijn hond. Dat wil natuurlijk niet zeggen dat men ook altijd het beste doet voor zijn hond, en daar gaat de gehele discussie dan ook in werkelijkheid over. Maar, als de intenties goed zijn kunnen we zeggen dat dit al een goed begin is. Maar dat alleen is zeker niet genoeg. Er is werk aan de winkel!

Eindelijk wordt er in de hondenwereld steeds meer aandacht gevraagd én besteed in het nastreven van dierenwelzijn, en maar goed ook. Van hondeneigenaars en trainers wordt ook steeds meer alertheid en verantwoordelijkheid gevraagd. Sensibilisering is broodnodig zodat meer mensen het verband kunnen gaan leggen tussen het gedrag van hun hond en het fysieke en emotionele welzijn van hun hond.

  1. We kunnen vaststellen dat er tussen mens en dier, geen wezenlijke verschillen zijn rond de belangrijke aspecten van welzijn.
  2. We kunnen vaststellen dat gedrag zich voor elk levend wezen op eenzelfde manier ontwikkelt: gedrag vertrekt initiëel vanuit de basisbehoeften, hierop volgt dan een emotie, en de emotie is op zijn beurt de motivator naar een bepaald gedrag toe.

“Alleen maar het beste voor mijn hond!” is een belangrijke maatschappelijke ontwikkeling die een enorme verandering heeft gebracht in de manier waarop we samen zijn gaan leven mét onze honden. Al deze veranderingen echter hebben hun invloed en het heeft onze opvoedingstaak er dan ook niet gemakkelijker op gemaakt. De hoge druk die op iedere mens staat in de opvoeding van zijn hond, is niet te ontkennen en zeker ook niet te onderschatten. In het hele proces, waarin men informatie probeert te verstrekken en verwerken, wordt teveel gestruikeld over woorden, labels en termen die onvermijdelijk eindeloze discussies met zich meebrengen over het juiste gebruik en interpretatie. En dat is soms het nadeel van mens zijn… woorden…

Achter elk woord dat we gebruiken verschuilt een emotioneel kernpunt dat snel kan afwijken van de oorspronkelijke betekenis van het woord. Daardoor kunnen bepaalde begrippen van relevantie veranderen voor velen. Woorden zoals dominantie, roedel, leider, baas, opvoeden, correctie, beloning, … zijn hierdoor een eigen leven gaan leiden en daardoor blijft het in vele gevallen onduidelijk wat er door iemand mee bedoeld wordt. En daar begint het schoentje dan sterk te wringen.

Een klein voorbeeld

Er zijn vele hondentrainers en hondenscholen die zich willen profileren dat ze werken volgens postieve principes. Deze positieve methode blijkt dan echter te zijn dat ze werken met positieve bekrachtiging én positieve straf. “Positief toch?”: zegt een leek dan die het beste voorheeft met zijn hond. En spijtig genoeg wordt de consument hier misleid. Letterlijk staat er dus inderdaad dat ze positief werken, maar de interpretatie van het woord is voor de leek wel volledig anders dan voor de trainer (of laat ons dat althans hopen). Vertaling? Wel, de positieve bekrachtiging is het aanbieden van een positieve prikkel (snoepje, speeltje enz) bij het vertonen van gewenst gedrag en de positieve straf is het aanbieden van een negatieve prikkel (hard lawaai, ruk aan de lijn, por in de zij, of andere/ergere aversieve methodes) bij het vertonen van ongewenst gedrag. Niet zo positief dus zoals de meeste mensen denken. Eigenlijk is de profilering “werken volgens positieve principes” dus heel snel uit zijn context getrokken. En dat gebeurt dus met zovele woorden…

Begrijp je waar ik naartoe wil?

Hoe moet het dan wel?

Vandaag, eens te meer, zitten we in een strijd verwikkeld tussen “goed en kwaad”, waar het zwart-wit denken de evolutie, de algemene ontwikkeling én aanvaarding van het verbeterde opvoedingsmodel in de weg blijkt te staan. Zwart-wit denken staat typerend voor een denkwijze waarbij men te snel een oordeel velt over een begrip, persoon of een situatie. En daaruit gaat men vlug verkeerde conclusies trekken. Het resultaat is dat dit in het algemeen zal zorgen voor de ontwikkeling van onnodige negatieve gevoelens. En deze negatieve gevoelens, op hun beurt, zorgen voor het nodige verzet…

De consument, en daarmee ook hun hond, dreigt het slachtoffer te worden van de oorlog die er woedt tussen “goed en kwaad”. Zij zijn in vele gevallen wanhopig op zoek naar antwoorden voor het probleem dat zij ervaren met hun hond en worden in hun zoektocht van de ene methode naar de andere geslingerd. Uiteindelijk is het de hond die het grootste slachtoffer in dit verhaal zal zijn. Net zoals zijn mens geraakt de hond eens te meer enorm in de war en zal vanuit deze verwarring dan ook gaan handelen om voor zichzelf controle te krijgen op de situatie… en dat kan gevaarlijk zijn.

Daarom is het zo belangrijk om te begrijpen dat het niet alleen gaat over een kwestie van ethiek, maar vooral over een kwestie van algemene veiligheid.

Laat ons misschien eindelijk eens beginnen om het over een andere boeg te gooien. In plaats van steeds weer te blijven herhalen wat er wel zo slecht is aan het verouderde model, laten we ons nu ook eens eindelijk concentreren op wat er echt belangrijk is: antwoorden geven waar de mens achter de hond én de hond zelf, werkelijk mee vooruit geholpen worden! Via de sociale media worden dagelijks talloze berichten verspreid met verwijzingen hoe het niet moet, en daar stopt het dan ook over het algemeen. Ik kan alleen maar zeggen dat dit, hoe goed de bedoelingen ook zijn, alleen maar een negatieve boodschap overbrengt. Mensen die zoeken naar een antwoord, krijgen er op deze manier geen. Ze krijgen alleen voorgeschoteld hoe het niet moet, punt. Vergeet niet: om ongewenst gedrag bij te sturen, dient er een gepast alternatief aangeboden te worden dat de behoefte kan bevredigen waaruit dit ongewenste gedrag is ontstaan. Deze regel gaat ook op voor mensen…

Als we een opvoedingsmodel willen gebruik dat positief geladen is, laat ons dat dan ook vullen met positiviteit!

Hondje op zijn rugDe hersens kunnen positieve informatie trouwens veel beter verwerken dan negatieve informatie, dit is toch het uitgangspunt dat we gebruiken in de verbeterde opvoedings- en trainingsmethodes voor onze honden, niet?

Thomas
Univé samenwerking met VETTS

Mijn hond is dominant: een veelgebruikt label en het grootste misverstand

De interpretaties in de dominantietheorie zijn gevuld met negatieve emoties: de eeuwige strijd om te overheersen, vertrekkend vanuit het idee dat sociale status de belangrijkste basis is in de relatie mens-hond. Honden zijn voortdurend bezig met zich een weg te banen om de sociale ladder te beklimmen, en wanneer we de hond niet duidelijk maken wat zijn plaats is binnen de groep, zal je hond beginnen om de leiding te nemen. Hij zal niet meer luisteren en zijn eigen zin gaan doen. Na verloop van tijd zal hij beginnen te dreigen en zelfs agressie te vertonen om controle over je te krijgen. Volgens het dominantiemodel is zo goed als alle ongewenst gedrag te kaderen in een sociaal-statusprobleem. Je hond wil niet naar je luisteren omdat jij een zwakke leider bent. Sociale status is dus een basisbehoefte voor honden volgens deze theorie? Naargelang de interpretatie van het begrip misschien wel, maar dan kan ik aan de hand van volgende punten wel een aantal zaken verklaren in het gedrag van honden (en tegelijk van de mens achter de hond ook trouwens).

De behoeftepiramide van MaslowIk noem het liever anders: sociale waardering; de vierde trap in de behoeftepiramide van Maslow
We kunnen vier types van honden onderscheiden in deze trap:

1. De sociaal gewaardeerde hond:

Deze hond is als individu graag gezien binnen de sociale groep. Door zijn ervaringen is hij kunnen uitgroeien tot een zelfzekere en evenwichtige persoonlijkheid. Hij is doorgaans enorm sociaalvaardig en is in staat om zijn doel te bereiken zonder anderen daarbij te benadelen.

2. De dubieuze, sociaal gewaardeerde hond:

Deze hond is als individu graag gezien binnen de sociale groep, op enige minpuntjes na. Hij is doorgaans redelijk tot goed sociaalvaardig binnen deze groep. In bepaalde elementen echter, is deze hond een twijfelachtig geval. In vertrouwde elementen beschikt deze hond over voldoende sociale vaardigheden, maar daarbuiten durft hij wel storend gedrag te vertonen. Omwille van dit storend gedrag en het onbegrip van de sociale groep ervaart de hond, af en toe tot geregeld, sociale afwijzing. Deze afwijzing zorgt voor een lichte tot matige beperking in de ontwikkeling tot zelfzekerheid en evenwichtigheid in de persoonlijkheid.

3. De sociaal verwaarloosde hond:

Het eigenaardige aan deze hond is dat hij zich eigenlijk goed aanpast, of zou kunnen aanpassen, aan de sociale regels binnen de groep. Maar, door gebrek aan voldoende positief stimulerende sociale contacten is deze hond niet sociaalvaardig genoeg om de (positieve) aandacht en de waardering binnen de sociale groep te bekomen. Hij is sociaal onhandig, probeert zijn doel op een doorgaans storende manier te bereiken en wordt daardoor geregeld afgewezen door de sociale groep. Hierdoor onstaat een vicieuze cirkel in de sociale contacten en de mogelijkheid tot de ontwikkeling van goede sociale vaardigheden.

4. De sociaal verworpen hond:

Deze hond isoleert zichzelf of wordt door de sociale groep geïsoleerd. Zijn sociale vaardigheden zijn zwak tot niet ontwikkeld en zijn doorgaans negatief van aard. Hij probeert zijn doel te bereiken op een storende, sociaal afwijkende manier en zou hierbij anderen kunnen benadelen. Hij is uitgegroeid tot een onzelfzekere en onevenwichtige persoonlijkheid. Het storende, sociaal afwijkende gedrag leidt tot onbegrip binnen de sociale groep en daardoor ook tot sociale afwijzing/verwerping. Ook hier onstaat een vicieuze cirkel in de sociale contacten en de mogelijkheden tot de ontwikkeling in verbeterde tot goede sociale vaardigheden.

Zie jij welke hond volgens foutieve interpretaties van het gedrag in het verouderde model het label “dominant” zal krijgen? I rest my case…

Waarom is het afscheid van het dominantiemodel voor velen dan toch zo moeilijk?

Het dominantiemodel is een belangrijk onderdeel gaan uitmaken in ons maatschappelijk denken over de manier waarop mens en hond zouden moeten samenleven. Ook al hebben mensen nog nooit een hond gehad, iedereen heeft er een bepaald beeld over. We mogen niet onderschatten hoe diep de verankering van dit model verweven zit in onze cultuur en het algemene denken over honden en hun opvoeding. Verandering vraagt tijd, véél tijd. Mensen, net zoals honden trouwens, houden niet van dubbelzinnigheid. Mensen houden van eenvoud, simpliciteit. Eenvoud schept duidelijkheid en daardoor ook zekerheid en rust. Het probleem is echter dat wanneer we de over de meest (schijnbaar) eenvoudige dingen gaan denken, dit blijkbaar heel complex begint te worden. Het is zoals ademen. Op zich heel simpel, je hoeft er niet over na te denken. Maar eens je dat begint te doen ervaar je een bepaalde druk en zal je al snel gaan hyperventileren. Je zal het dus simpel willen houden, gewoon ademen. Dit simpel houden zit eigenlijk in onze natuur, het neemt de druk, de stress weg.

De grote fout van het dominantiemodel is dat men, vertrekkende vanuit verkeerde interpretaties en met de beste bedoelingen, heeft proberen te vereenvoudigen wat eigenlijk een enorm complex gegeven is: een soortoverschrijdende relatie.

Vertrekkende vanuit een onrealistische theorie heeft men het de mens makkelijk willen maken met een opvoedingsmodel te creëren voor mensen en hun hond. Relaties tussen soortgenoten is al een complex gegeven, hoe complex zal de relatie tussen verschillende soorten dan niet zijn? Juist daar zit onze belangrijkste taak van vandaag, eenvoud brengen in dit complexe gegeven. En daarbij moeten we zorgen dat we een mooie overgang kunnen maken vanuit het verouderde opvoedingsmodel naar het verbeterde opvoedingsmodel zodat iedereen begrijpt wat en hoe het anders kan gedaan worden, met betere resultaten. Maar dan moeten we er wel voor zorgen dat de mens achter de hond al deze dingen juist kan interpreteren.

Daarom is het zo belangrijk dat er een dialoog moet kunnen ontstaan in plaats van een discussie of een strijd over wie er nu eigenlijk gelijk heeft. Want ik zeg eerlijk, ik denk dat dit verbeterde model van vandaag nog steeds verbetering zal nodig hebben in de toekomst. Opvoeden is nu eenmaal proces waar je creatief moet leren mee omspringen, een gegeven dat nooit een kant en klaar recept zal zijn.

In de media

In onderstaande YouTube geven Nederlandse en Belgische hondenprofessionals aan dat zij geen roedelleider willen zijn in de ‘oude’ betekenis van het woord. De film is gemaakt op initiatief van Pim Schuurmans naar een idee van Nando Brown

Univé samenwerking met VETTS
Thomas

Credits

Dit artikel is geschreven door David Pithie, gedragsbegeleider voor honden, o.a. bekend van het Vlaamse televisieprogramma Het zal je hond maar zijn.

Reacties

Zie je hieronder geen reacties? Lees hier dan hoe je reacties eenvoudig kunt activeren.

Doggo.nl

Doggo maakt gebruik van cookies voor het analyseren van onze bezoekers, social media en het tonen van advertenties. meer informatie

The cookie settings on this website are set to "allow cookies" to give you the best browsing experience possible. If you continue to use this website without changing your cookie settings or you click "Accept" below then you are consenting to this.

Close