Leishmania bij honden

Zandvlieg LeishmaniaLeishmania bij honden

Leishmania is een parasitaire aandoening die door de zandvlieg wordt overgebracht. Was de zandvlieg vroeger voornamelijk actief in het Mediterrane gebied, tegenwoordig strekt zijn leefgebied zich steeds verder naar het noorden uit. Zo zijn er al geadopteerde honden uit Roemenië die leishmania hebben. Wanneer de aandoening tijdig wordt vastgesteld, de juiste behandeling tijdig wordt ingezet en er goed wordt gemonitord, is de prognose over het algemeen goed.

Besmetting en ontwikkeling

Nadat een zandvlieg bij een bloedmaal met de leishmaniaparasiet besmet raakt, maakt de parasiet in de darm van de zandvlieg een ontwikkeling door. Daarna migreert de parasiet naar de speekselklieren en kan de zandvlieg andere honden besmetten. De incubatietijd is minimaal vijf maanden, maar kan oplopen tot vele jaren, zelfs levenslang. Al die tijd hoeft de besmette hond geen symptomen te krijgen, hoeft de leishmania ook niet zichtbaar te zijn in het bloed en kan de hond negatief testen. De parasiet is dan latent aanwezig in het beenmerg, de lymfeklieren, lever, milt, nieren of andere plekken in het lichaam.

Leishmania

Foto’s: Tula (2016) uit Italië.
Er zijn verschillende factoren die kunnen leiden tot het actief worden van de parasiet en het ontwikkelen van symptomen. Een verminderde weerstand speelt een belangrijke rol, iets wat we veel zien in en na stressvolle situaties, denk aan transport uit land van herkomst en herplaatsing. Veel besmette honden ontwikkelen nooit actieve leishmania en hebben dan ook nooit een behandeling nodig.

Sneltest versus titerbepaling

In het algemeen worden honden in het land van herkomst kort voor transport getest op leishmania en andere mediterrane ziekten (ehrlichia, anaplasma, babesia, dirofilaria, etc.). Hiervoor wordt meestal een sneltest gebruikt. Sneltesten zijn echter niet zo betrouwbaar, omdat ze regelmatig een vals-negatieve uitslag geven. Ook geven ze alleen ‘positief’ of ‘negatief’ aan. Een titerbepaling daarentegen is betrouwbaarder en geeft een absolute waarde, en daarmee ook meer houvast voor diagnose en behandeling.

Het is raadzaam om een hond circa zes maanden na aankomst in Nederland of België te laten testen op leishmania (laboratoria bieden zogenaamde reisprofielen aan: een pakket titerbepalingen voor leishmania en andere veelvoorkomende mediterrane ziekten).

  • Bij een positieve uitslag zijn aanvullende bloedonderzoeken nodig om te bepalen of de leishmania actief is en behandeling moet worden ingezet.
  • Bij een negatieve uitslag kan worden gekozen voor het jaarlijks herhalen van de titerbepaling of voor het meteen uitsluiten van leishmania als een hond symptomen krijgt die daarop zouden kunnen wijzen.
Thomas
Thomas

Grote verscheidenheid aan symptomen

Na besmetting door de zandvlieg nestelen de parasieten zich in de macrofagen (bepaald type witte bloedcellen), waar ze zich kunnen vermenigvuldigen. Vervolgens kunnen ze zich via de bloedbaan door het hele lichaam verspreiden. Hierdoor kunnen er overal in het lichaam klachten ontstaan. De symptomen van actieve leishmania zijn zeer uiteenlopend en komen in wisselende samenstellingen voor. Sommige zijn duidelijk zichtbaar, andere spelen zich van binnen af en geven pas na verloop van tijd merkbare klachten. Sommige honden hebben in het begin maar een symptoom, bijvoorbeeld alleen wondjes, vooral aan de oren of voetzolen, die niet genezen. Andere verliezen gewicht, worden lethargisch, lopen mank of gaan veel drinken en plassen. De meestvoorkomende symptomen zijn:

  • huidproblemen
  • kale plekken, slechte vacht
  • wondjes en zweren die niet genezen
  • lusteloosheid, lethargie, gebrek aan energie
  • niet-regeneratieve bloedarmoede
  • gewrichtsproblemen, manken, stijfheid, polyartritis
  • nierproblemen (nierinsufficiëntie, nierfalen)
  • opgezwollen lymfeklieren
  • vergrote milt
  • gewichts- en spierverlies
  • snel groeiende nagels
  • oogontstekingen
  • bloedneuzen
  • chronische diarree
  • lichaamsgeur die aan natte sokken doet denken

Leishmania

Foto’s: Amy (2013) uit Spanje

Helaas wordt bij deze symptomen lang niet altijd aan leishmania gedacht en wordt bijvoorbeeld geprobeerd met antibiotica, prednisolon, speciale shampoos of dieetvoer de problemen op te lossen. Zo kan het gebeuren dat het lang duurt voordat de diagnose ‘leishmania’ wordt gesteld en de juiste behandeling kan worden ingezet.

De diagnose

Om tot de juiste diagnose te komen moet altijd worden gekeken naar het totaalplaatje van voorgeschiedenis, symptomen, titerbepaling en andere bloedonderzoeken: hematologie, biochemie inclusief SDMA en CRP, en eiwitelektroforese. Bij actieve leishmania kan de hematologie bijvoorbeeld bloedarmoede of een bloedplaatjestekort laten zien. Het biochemisch bloedonderzoek kan afwijkende lever- en/of nierwaarden tonen. Een verhoogde CRP wijst op een actief ontstekingsproces. De eiwitelektroforese laat zien of er sprake is van de voor actieve leishmania typische afwijkingen: een verhoogd totaalaantal eiwitten, verlaagde albumine, verhoogde bèta- en/of gammaglobulines en een verlaagde A/G-ratio. Bij afwijkende nierwaarden is het verstandig om ook de UPC te laten bepalen. Dit is een urineonderzoek dat aangeeft of er sprake is van eiwitverlies via de nieren.
Niet altijd is het zo eenvoudig om tot de juiste diagnose te komen. Een hond met actieve leishmania kan ook een secundaire infectie of aandoening hebben, dat wil zeggen dat deze voortkomt uit de leishmania, denk bijvoorbeeld aan een bacteriële infectie van de huid. Of naast de actieve leishmania een infectie of aandoening die helemaal losstaat van de leishmania, zoals demodex of oog- en oorinfecties, die net zoals leishmania veelal opspelen bij honden met een verminderde weerstand. Daarnaast kan er sprake zijn van een co-infectie: een of meer andere mediterrane aandoeningen. Om twee redenen kan een co-infectie de diagnose bemoeilijken. De eerste reden is dat er een overlap in symptomen en afwijkingen in bloedwaarden is. De tweede dat een positieve titer voor ehrlichia of babesia een vals-positieve titer voor leishmania kan geven.

Phlebotomus pappatasi bloodmeal continue2Behandeling en monitoring

Actieve leishmania wordt behandeld met Allopurinol (minimaal twaalf maanden) en een kuur Milteforan (oraal) of Glucantime (injecties) van 28 dagen. Als de behandeling aanslaat, verdwijnen de symptomen ‘vanzelf’. Dat wil zeggen dat er geen specifieke behandeling op de symptomen moet worden ingezet met uitzondering van ooginfecties, nierproblemen en secundaire infecties. Het is goed te weten dat bij een tijdige en juiste behandeling de schade aan de nieren veroorzaakt door leishmania omkeerbaar is. Daarom is het zo belangrijk om te behandelen volgens het nierprotocol (gelijktijdig aanpak leishmania en nierproblemen) en niet eerst te proberen de nierwaarden te verbeteren door nierdieet en medicatie. Hoe eerder de juiste behandeling wordt gestart, hoe kleiner de kans op restschade aan de nieren.

Als er sprake is van co-infecties, dan moeten die worden behandeld, omdat het anders vrijwel niet mogelijk is om de leishmania onder controle te krijgen.

Na de kuur Milteforan of Glucantime moet het verloop van het herstel gemonitord worden. In principe gebeurt dat voor het eerst drie of vier maanden na het einde van de kuur met dezelfde set testen als waarmee de diagnose werd gesteld. Bij nierproblemen is het verstandig om alleen de nierwaarden eerder en vaker te laten bepalen. De titer verandert langzaam en zeker de eerste zes maanden na de kuur is het niet zinvol om die te laten bepalen, omdat de hoogte van de titer geen indicatie is voor het al dan niet onder controle zijn van de leishmania. De titer blijft bij veel honden altijd positief, ook al is de behandeling goed aangeslagen. Pas als de bloedonderzoeken aangeven dat de leishmania een jaar lang niet meer actief is en dus onder controle, kan worden gestopt met de Allopurinol. Daarna is het verstandig om de bloedonderzoeken iedere drie of vier maanden (in het eerste jaar) uit te voeren, daarna halfjaarlijks en na enkele goede halfjaarlijkse uitslagen kan worden overgestapt op jaarlijks, mits de hond niet opnieuw symptomen krijgt. Zo’n terugval kan om verschillende redenen gebeuren en dan is opnieuw een kuur Milteforan of Glucantime nodig, plus minimaal een jaar Allopurinol.

Bij het merendeel van de honden lukt het om zo de leishmania blijvend onder controle te krijgen en overlijden ze uiteindelijk aan een andere (ouderdoms)aandoening.

Univé samenwerking met VETTS
Thomas

Credits

Dit artikel is gebaseerd op de in 2023 gelanceerde website www.leishmania.nl. Op deze website wordt uitgebreide informatie gegeven over het ontstaan van (actieve) leishmania, symptomen, diagnose, behandeling, monitoring, voeding en supplementen, en tekenziekten. De informatie wordt onderbouwd met wetenschappelijke bronnen en artikelen.

Reacties

Zie je hieronder geen reacties? Lees hier dan hoe je reacties eenvoudig kunt activeren.

Doggo.nl

Doggo maakt gebruik van cookies voor het analyseren van onze bezoekers, social media en het tonen van advertenties. meer informatie

The cookie settings on this website are set to "allow cookies" to give you the best browsing experience possible. If you continue to use this website without changing your cookie settings or you click "Accept" below then you are consenting to this.

Close